Missie en visie

Mijn missie is om een bijdrage te leveren aan de verbetering van de kwaliteit van de beroepsuitoefening in de zorg via onderwijs op het gebied van het gezondheidsrecht, specifiek het tuchtrecht. Onderwijs over de rol van het tuchtrecht op de normontwikkeling in de gezondheidszorg en het kunnen lezen en leren van tuchtuitspraken kan tuchtklachten voorkomen en draagt bij aan de bevordering van de kwaliteit van de beroepsuitoefening in de zorg.  

tuchtrecht

tuchtrecht

Belangrijke tuchtuitspraken

Tuchtzaken zijn de laatste jaren steeds meer in het nieuws. Het aantal tuchtuitspraken neemt al jaren toe en is inmiddels opgelopen tot gemiddeld 1600 per jaar. Tuchtuitspraken hebben vaak effect op de beroepsgroep door aanpassing van regels/beleid en normontwikkeling naar aanleiding van de tuchtuitspraak. De ontwikkeling van het aantal tuchtzaken, de verschillende aard van de tuchtklachten en de beschikbare casuïstiek heeft geleid tot een verdere professionalisering van de BIG beroepen en rechtvaardigt een cursus tuchtrecht. Voor de BIG beroepen in de geestelijke gezondheidszorg zijn onder andere belangrijke tuchtuitspraken geweest over de schending van het beroepsgeheim, onjuiste verklaring of rapportage, dossiervorming en grensoverschrijdend gedrag. Voor de BIG beroepen in de curatieve zorg zijn onder andere belangrijke uitspraken geweest over bevoegdheid en bekwaamheid, verantwoordelijkheidsverdeling bij samenwerking, controles bij intraveneuze medicatie en gebruik van protocollen.

pencils

Kennis draagt bij aan kwaliteit

In opleidingen tot professional, manager of beleidsbepaler in de gezondheidszorg is het van belang dat er ruime aandacht is voor het tuchtrecht. Met name onderwijs over de rol van het tuchtrecht op de normontwikkeling in de gezondheidszorg en het kunnen lezen en leren van tuchtuitspraken is van belang. Ook is het belangrijk een overzicht te geven van de verschillende instrumenten die een rol spelen bij de handhaving van de kwaliteit van de beroepsuitoefening in de gezondheidszorg. In de eerste plaats wetgeving; de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) die per 2016 de Wet klachtrecht cliënten zorgsector (Wkcz) en de Kwaliteitswet zorginstellingen (KWZ) vervangt, de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG), de Wet geneeskundige behandelovereenkomst (Wgbo) en de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Wet Bopz). Daarnaast jurisprudentie en zelfregulering door de beroepsvereniging en instellingen, zoals beroeps- en gedragscodes en protocollen. Tot slot is het relevant aandacht te schenken aan andere rechtelijke procedures waar men in de praktijk als beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg mee te maken kan krijgen zoals het civielrecht, het klachtrecht of het strafrecht. Door deze kennis kan men meedenken over ontwikkelingen en beleid en kent men de eigen rechtspositie en verantwoordelijkheden waardoor (tucht)klachten en claims van patiënten voorkomen kunnen worden. Op deze wijze draagt het bij aan de bevordering van de kwaliteit van de beroepsuitoefening in de zorg.